Regelmatig heb ik gesprekken over rijangst, ook met mensen die geen rijangst of spanningen ervaren tijdens het rijden.
Zo kwam ik laatst in gesprek met iemand die nooit in de stad wilde rijden.
Op de vraag wat daar de reden van was, gaf hij het volgende antwoord.
Hij zei “iedereen claxoneert daar als je niet doorrijdt” en “het is zo een gejaag daar in het centrum en natuurlijk zijn de parkeerplaatsen in de stad onbetaalbaar.
Want zeg nu zelf het is niet altijd duidelijk waar je overal mag parkeren en je hebt zo een boete van 95,- te pakken. (voor overige boetes hier klikken)
Op de vraag hoe vaak het gebeurde dat “de anderen” naar hem claxoneerde antwoorde hij; ehh eigenlijk niet zo vaak.
Waarop hij er zelf al achter kwam dat zijn gedachten niet de realiteit waren.
Het was te merken aan zijn ongemakkelijke houding.
Om deze houding te maskeren deed hij iets heel slims.
Hij maakte een “schijnbeweging” door de aandacht te vestigen op het parkeerbeleid, hiermee heb je tenslotte iedereen aan je zijde. 🙂
Er is tenslotte niemand die zegt dat het super fijn is dat er parkeerbeheer bestaat laat staan dat de boetes prettig zijn.
Klassiek voorbeeld
1. Vertellen dat je wel autorijdt alleen niet (vul de plaats maar in)
2. Schuldige aanwijzen (ander verkeer, obstakels, drukte, zichzelf, mentaliteit, infrastructuur)
3. Slimme smoesjes gebruiken
4. Afleiden van je probleem
5. Het lastig vinden om je angst aan te pakken.
Nu was het niet mijn doel om mijn gesprekspartner te overtuigen. Of hem te vertellen dat hij er binnen een korte tijd weer de stad door kan.
Dat wist hij zelf ook wel.
Hij had zich er bij neergelegd dat het zo is en altijd zo zal blijven.
Prima, dat is ook een keuze en is oké.
Als er geen interne motivatie is, helpt de beste training niet.
Dwingen geeft een averechtse uitwerking, het laten inzien van de beperking heeft veel meer effect.
Rijangst heb je niet alleen. Rijangst beheerst alles en iedereen om zich heen.
– Anesti Bochem –
Nu is de vraag.
Laat je antwoord achter in het reactieveld hieronder.